De ruiters kwamen nu uit Zilgraysa, ze waren via de Rondweg naar het Brandemeer gereisd. Ze hadden een voorraad Graysaflu bij zich, ik slaakte een zucht van opluchting toen ik dat hoorde. Ik haalde de een na laatste gouden ketting uit mijn broekzak maar mijn gebaar werd weggewuifd. "Jij gaat een belangrijke expeditie ondernemen, de verzetters helpen elkaar wederzijds," zei Twaitesima.
Toen we de volgende dag ons middagmaal op hadden – en de paarden voldoende waren uitgerust - stond de grootste van de twee ruiters op. Een man van mijn leeftijd, zijn naam was Koyova, hij trok me overeind en hielp me met mijn bepakking. Na drie dagreizen zette hij me af op de markt van Barra.
Dat is de korte versie. Moet ik het daarbij laten? Komt dit geschrift ooit af? Ik voelde me aangetrokken tot Koyova. In al die jaren had ik nooit naar een man getaald. Soms dacht ik terug aan de bruidsdagen met Hebotva, soms dacht ik met een knijpend heimwee aan Liduva, maar verder had ik het altijd te druk gehad. En de meeste mannen die ik in de loop der manen had meegemaakt, hadden bepaald niet mijn begeerte gewekt. Maar ik klom achter Koyova's brede rug, sloeg mijn armen om zijn middel, legde mijn wang tegen zijn jas van zacht leer en snoof hem op.
Het landschap was nu vriendelijker voor reizigers. Er waren bomen en rotsblokken, er waren ook smalle stroompjes vol vis.
We legden ons bij het vuurtje te rusten, gewikkeld in onze mantels. Hij nam me in zijn armen. Hij kuste me vragend, ik kuste hem antwoordend. Onder al die lagen kleren vonden we elkaar en het was een groot genot. Hij sliep en ik keek tussen de boomkruinen door naar de sterren die nu veel vriendelijker straalden.
Het genot was er elke avond, het was of deze tocht geen deel uitmaakte van mijn reis, alsof we helemaal nergens naar op weg waren.
wat mooi
🙂
Helemaal met Elly eens. Mooi, lief en teder beschreven, volledig passend bij Yima.
Het trekt me weer wat dichter naar haar toe. Ik begon wat afstand te voelen tot die vermoeide vrouw, die ondanks alles maar doorgaat. Ze is nu weer wat vrouwelijker geworden, menselijker.
oh, dat is wel een goed punt ...
Ach wat mooi en fijn. Even wat warmte. Mooi geschreven Hella.
Konden we nog maar even in de warme laatste alinea blijven. Misschien raar gezegd, maar reageren verbreekt voor mij bijna de ban van dit moment.
wat is het toch fantastisch dat jullie zo meeleven