166 – Blufam en Zaloman

Ik verlangde zo naar mijn kat dat het bijna pijn deed. En trots voelde ik me ook.
"Burman is ontsnapt, en Kuuksi ook. Maar Morfam had natuurlijk wel in de gaten dat ik … zij en Tikman hebben me samen naar de tunnel gebracht. Of ik wist waar Burman was. Of ik wist waar Mia en Bo waren. Natuurlijk wist ik het niet, maar kennelijk is het al een leugen als ze je ervan verdenken."
Doodmoe en slap hing ze in mijn armen. Ik rolde haar bed uit en legde haar te slapen. Er was nog een leven lang tijd om met Zaloman te praten.

Dat gebeurde de volgende avond. Toen de steen uit de muur geschoven was, ging Blufam voor het gat staan. Ze stak haar handen erdoor, aan de andere kant pakte Zaloman ze voorzichtig vast. Ik geloof dat ze niet eens iets tegen elkaar zeiden, er was alleen maar die intense aanraking, Blufams rug sidderde ervan, ze kon haast niet op haar benen staan. Toen ze bijna in elkaar zakte, ving Sisifam haar op. Ik ging voor het gat staan en vertelde kort aan Zaloman wat er gebeurd was.
"Jouw schuld dus?"

"Als je het zo wilt zien, ja." Maar in feite de schuld van Morfam, van alle Morfams van deze wereld, die voor eigen gewin heulden met de vijand die de schuld van alles was. Wie was die vijand? Alle leiders van Inhemren? Mochten Morfam en Tikman eigen rechter spelen zonder toestemming van Storeman? Iets van de oude, opstandige Yima herleefde in mij. En ik besefte ook dat het aan mij was om … wat, te ontsnappen? Hoeveel mensen hadden dat voor mij geprobeerd?

Als ik maar wist hoe ik de andere uitgang kon openen!
Als ik maar wist hoe ik de gedweeheid van Helvarderaflu kon tegengaan!
Ik vroeg het aan Sisifam. Het was een risico, ze zou me net zo goed meteen kunnen verraden. Maar dat deed ze niet. Ze keek me weer zo oplettend aan, ze zei: "Zou het helpen om Murmerflu te nemen?"

Dit bericht is geplaatst in feuilleton met de tags . Bookmark de permalink.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *