Ze staan bovenop elkaar tussen de boeken, deze zangbundeltjes. Nederlands Volkslied was van paps, hij schafte het aan op 3 maart 1958, waarschijnlijk voor de zanglessen op school, hij werkte toen als onderwijzer. Ik heb het van hem gekregen, ik denk toen ik in Oman blokfluitles ging geven, en ook om kindeke wat Nederlandsche liederen en gezangen bij te brengen. Zelf ken ik er nog aardig wat, van de Blanke Top en Merck toch hoe Sterck, maar tegenwoordig leren ze dat niet meer op school.
Van Jan Pierewiet weet ik veel minder. Ik kwam het tegen tussen de spulletjes van mijn moeder – een kastplankje met wat schoenendozen – toen ik het ouderlijk huis leegruimde. Het is een kampvuurboekje, en ik zie wel een paar jolige groepsfoto's op een eiland voor me, ons moeder nog een stralende jonge meid. Dit boekje is uit 1943, ik vermoed dat zij het later gekregen heeft. En veel gebruikt, er zitten hier en daar gerepareerde scheuren.
Samen zingen bij de afwas ...
kun je nog zingen
Dit bericht is geplaatst in autobiobibliografie, muziek met de tags marie kondo. Bookmark de permalink.
Leuk. Ik heb ook nog oude boekjes en ken nog heel wat liedjes van mijn moeder. Die zong altijd.
mooie herinnering
Een feest van herkenning. Zangles op de lagere school. Ik schreef er naar aanleiding van de schrijfveer 'zingen'in 2013 een blogje over http://ferrara-victoriene.blogspot.nl/2013/01/zingen.html
ja, leuk!