Ter gelegenheid van de opening van de Jeroen Boschtentoonstelling smokkel ik even met de volgorde van de boeken op plank 11. In dit boek staat de handtekening van paps, en toch weet ik zeker dat ik het al veel langer heb dan sinds 2012. Ik weet dat het beeld van het schilderij dat in Brandsporen zo'n belangrijke rol speelt, is gebaseerd op de brandende huizen van Jeroen Bosch.
Nu ik het opensla, valt de kwaliteit van de afbeeldingen me tegen, het merendeel is zwart-wit, en gestoken scherp zijn ze ook niet. Ik ben verwend door het internet, waar ik verder kan inzoomen dan ik met mijn moede ogen ooit zou kunnen op het echte schilderij.
En zo'n grote tentoonstelling … ik blijf dat moeilijk vinden. Met horden mensen voortgestuwd worden, nauwelijks tijd krijgend om jezelf te verhouden tot de meesterwerken. Vaak zie ik liever één onbekender werk in een onbekender museum. In een beroemd museum zoek ik de minder geliefde afdelingen, om daar mijn eigen feestje te bouwen. Zoals ik in Cairo afdwaalde van de groep, weg van Toetanchamon naar de kleine grafgiften, de bootjes en de huisjes.
Den Bosch is momenteel te ver voor me, maar anders was ik er denk ik ook niet heen gegaan.
Het boek staat al zo lang in de kast, en ik dacht altijd dat ik het ooit eens uitgebreid zou gaan lezen. Nu voel ik dat het me geen vreugde schenkt. Wie biedt?
groot
Dit bericht is geplaatst in autobiobibliografie, kunst met de tags marie kondo. Bookmark de permalink.
Ik ga er niet naar toe. Veel te duur. 22 euro voor een bezoek aan het museum vind ik echt te duur. Bekijk het werk wel op de computer.
Dat is inderdaad wel veel geld!
Wij hebben in Rotterdam een voorproefje genomen. Konden daar met enig geduld alles goed bekijken en ook de uitleg was toereikend. Boeiend geheel.
Geen behoefte meer in Den Bosch in de rij aan te sluiten.