Daarna danste een groep schaars geklede jonge vrouwen het podium op, de muziek vrolijk en meeslepend, een mannenkoor – weer een nieuw woord – zong en klapte, de vrouwen opzwepend die steeds uitdagender dansten. Ik merkte bij mezelf een gevoel van schaamte, dit ging zó in tegen alles wat ik van jongs af aan had geleerd, tegen alles wat ik tot nu toe op mijn reis had gezien. Folker zat naast Puciva en sloeg hem op zijn knie. "Hoe vind je dit? Dat kan alleen maar op Voocklama!" Hij lachte en keek ook even naar mij. Ik knikte terug met een starre glimlach.
Ik voelde hoe Puciva net zo verstarde. Vond hij het niet opwindend, al die wervelende vrouwenlichamen? Al die sluiers die bedekten en blootgaven en bedekten en blootgaven?
Hij pakte mijn hand alsof hij steun zocht. Hij zei niets tegen Folker. En de muziek ging maar door, ging maar door. Toen het even stil was omdat een nieuwe dansploeg het podium opkwam, zei ik langs Puciva heen tegen Folker: "Ik ben zo verschrikkelijk moe. Is het goed als we gaan slapen?"
"Natuurlijk," zei hij gastheerlijk. En tegen Puciva: "Maar jij blijft toch nog? Het wordt nog veel …"
Maar Puciva stond al. Hij zei niets. Hij duwde mij voor zich uit.
Op onze kamer gingen we elk op de rand van ons eigen bed zitten. Ik moest bijna een beetje om ons lachen. Zo weinig wereldwijs waren we, helemaal geschokt door zoveel onkuisheid. Onzuiver voelde het ook. Stonden vrouwen hier niet net zo ten dienste van de mannen als overal? Maar dan onder het mom van vrijheid? Maar Puciva verborg zijn gezicht in zijn handen en huilde.
"Wat is er?" vroeg ik zacht. Moest ik naast hem gaan zitten?
Hij stond op en liet zich aan mijn voeten zakken, zijn gezicht in mijn schoot. Een grote, brede, sterke, volwassen man en het voelde alsof hij een zoon was, zijn verdriet onoverkomelijk. Ik streelde zijn hoofd, zijn schouders, zei "stil maar" en andere domme dingen die je zegt tegen iemand die zo onbedaarlijk verdrietig is dat je het zelf nauwelijks verdraagt.
Geef de lezer iets te denken, jij doet dat in je laatste zin. Wel benieuwd of mijn gedachten kloppen.
laat maar weten!
ten dienste van de nan onder het mom van vrijheid.
mooi dat geeft mij te denken . zonder er eeb oorde op te plakke of een maar. ...
vfijheid zit dieper in de geest erborgen en er is meer voor nodig daarbij te kunnen kome n voor ieder persoonlijk denk ik.
waarom huilt hij. ik wacht vol spanning
wijze woorden!