Bij een kraam met allerlei geneeskrachtige kruiden vroeg ik voorzichtig naar Bridawertflu. Nu ik weer voldoende te eten kreeg, zouden mijn maanstonden vast weer op gang komen. De koopvrouw haalde omzichtig een flesje uit een kist die achter haar stond. "Doe er maar twee," zei ik, en ik betaalde ze met mijn eigen geld.
Onderweg betaalde Roosma mijn eten en veel dienaressigs hoefde ik nog niet te doen. Maar tegen het einde van de middag begonnen we uit te kijken naar een slaapplaats, en zei zei: "Kijk of er een wasplaats bij is."
Ik keek van mijn gevlekte, grofgeweven tuniek naar haar smetteloos witte uitdossing en begreep wat ze bedoelde. Een wasplaats voor de witte rotspelgrims. We vonden inderdaad een mooie herberg met een wasplaats er tegenover. Heel iets anders dan de Hemra van afgelopen nacht, en voor mij geen vooruitgang, want ik werd geacht op de grond te slapen, naast het bed van mijn meesteres. Gelukkig had ik nu mijn dikke mantel!
Ze kleedde zich uit en gaf de kleren en haar hoofddoek aan mij, samen met een stuk echte zeep dat naar rozen geurde. Haar ogen vielen al dicht van moeheid, en ik peuterde Bo's blauwe tuniek uit de draagzak. Wie weet zou het blauw een beetje verbleken.
Met mijn bundeltje stak ik de weg over. Het werd al donker, de wasplaats was met grote olielampen verlicht. Ik zag verder niemand die op een dienares leek, die mooiere kleren waste dan die ze zelf droeg. Wel was er nog zo'n meisje in het wit, haar schild stond achter haar tegen een pilaar geleund. Ze stond er in haar hemd, driftig te schrobben op haar tuniek waar kennelijk een vieze vlek in zat.
Ik ging naast haar staan en zei: "Probeer dit eens."
Met betraande ogen keek ze me aan. "Zeep?" vroeg ze ongelovig.
Ik knikte. "Toe maar."
De vlek zat helemaal onderaan haar tuniek, en toen ze zich weer voorover boog, zag ik dat haar broek ook vies was. Het arme kind. Ik gaf haar de blauwe tuniek en zei: "Trek deze even aan, dan kun je je broek ook wassen. "
Ik liet Roosma's kleren in het water zakken en zei: "Let jij hier even op? Dan haal ik iets voor je."
Interessante ontwikkeling. Van moedige vrouw en alleen op reis naar dienares van een nuffige reisgenote (sorry maar zo komt Roosma over) Wijze, zorgzame Yima weet vast wat en waarom ze dat doet.
Dienaressigs, echt een woord van jou.
dankjewel!
en ja, daar komt ze wel achter
Roosma heeft de jeugd van een prinsesje gehad en dat merk je