144 – Bo’s geheim (3)

"Ik stond daar in de hoek en had echt geen idee. Toen voelde ik opeens Kuuksi rondjes draaien om mijn benen en steeds opspringen naar mijn linker hand, nageltjes uit, je kent dat wel, steeds feller tot je eindelijk doet wat haar bedoeling is. Echt zó vals! " Hij liet de kras zien op zijn pols. "Ik trok mij hand los, bijna tot voor mijn gezicht. Ik keek door mijn hand naar de muur, en opeens zag ik de warenmarkt, de Tweede Meisjes, de verte. Ik kon er zo doorheen lopen. Terug bleek het niet te werken, ik moest helemaal omlopen via het Palast, en daar aan de wachters uitleggen hoe ik buiten gekomen was. Met een wachter terug naar het plein, hij liet me pas los toen de dogman mijn verhaal bevestigde. Toen we 's avonds naar bed gingen heb ik erop gelet: verschillende jongens van onze … met wie ik bevriend ben hebben een gat in hun hand. Maar we laten het wel uit ons hoofd om erover te praten."

Even was ik te geschokt om iets te zeggen. Toen schoot me te binnen hoe Fegman destijds had gelogen over mijn wapenrusting, en hoe er toch niets gebeurde toen we de Visietunnel weer passeerden.
"Je moet die leugen dus in de Visietunnel vertellen?" vroeg ik. "Het is echt een test?"
Bo knikte. "Als een koopman de boel bedriegt, op de markt of in zijn winkel, dan kan iemand een wachter vragen om hem mee naar de tunnel te nemen."
Ik vertelde over de wachter met het goud-omrande gat.

"Dat noemen ze een Hemrond," zei Bo. "Want een Hemgat zou te oneerbiedig klinken." Hij grinnikte oneerbiedig, ik moest me inhouden om er niets van te zeggen. "Dat is een gat dat je oploopt in de uitoefening van goede werken, ter ere van, zeg maar. Dan is het geen stigma maar juist een eregat." Hij grinnikte weer, en vergat bijna te fluisteren.
"Maar is het voor jou dan wel een stigma?" vroeg Mia bezorgd.
"Nee hoor," zei hij luchtig. "Ik kan in elk geval Palastwachter worden."
Ik zei: "Wees in Hemrensnaam voorzichtig Bo. Denk aan Nuzafam. Jouw daden … "
Kuuksi sprong op tafel en Bo zei: "Jij past wel op me, hè Kuuks?"
Ze gaf hem een kopje en begon zijn bord uit te likken.

Dit bericht is geplaatst in feuilleton met de tags . Bookmark de permalink.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *