"Toch waren er nog altijd vrouwen niet tevreden. Dat moest afgelopen zijn. Vrouwen waren nodig voor het nageslacht, ze moesten zorg dragen voor een vreedzaam huishouden, en dat was dat. Om vrouwen eraan te herinneren aan wie ze uiteindelijk alles te danken hadden – de Vader die ons heeft en geeft – stelde hij de regel vast dat iedere tweede dochter uit een gezin op pelgrimstocht moest gaan. Om namens het gezin dank te zeggen, om aan alle families van Imhemren te laten zien hoe gezegend ze waren om hier te mogen wonen.
Als ze de Rots hebben aanschouwd, en het lichtend gelaat van de Grote Hemren, zijn ze vrij om terug te keren. Maar er keert nooit een meisje terug. Ze blijven daar, in eeuwige gelukzaligheid."
"Echt?"
"We weten het niet," zei Storma. Maar ze keek van me weg.
Op het marktplein hoorden we winkeltjes opengaan, gekletter van metaal en aardewerk, geroep van kooplui.
Ik kon niet in een keer bevatten wat ze had verteld. Eigenlijk drong alleen maar tot me door wat ik tot nu toe niet had toegelaten: dat Vulema ook op weg moest, binnen een paar jaar. Als haar schild af was.
"Kom," zei Storma.
Ik schoof op mijn knieën naar haar toe. Ze wikkelde de doek los, en liet mijn donkerrood glanzende lokken door haar vingers glijden. Ze pakte de theepot en de kommetjes van het blad, en hield het me als een spiegel voor.
"Wit haar betekent een bijzonder leven," voorspelde ze. "Zorg dat je goed voorbereid bent. Leer alles wat er te leren valt. Houd het verven goed bij. En zoek een dier."
Ook dat legde ze niet verder uit.
"Spreid mijn bed even voor me."
Ik rolde de kleurige matras uit. Moeizaam ging ze erop liggen. Ik dekte haar toe met een warme sjaal. Ik sloeg mijn eigen sluier weer om en hing de zwarte doek te drogen. Zacht sloop ik haar huis uit, hopend dat niemand me had gezien.
Als ik aan het lezen ben, voel ik twijfels waar dit heen gaat. De stukjes zijn zo kort, en daarmee raakt de informatie in mijn hoofd verbrokkeld. De laatste vier waren fijn bij elkaar horend, maar dan aan het eind is er de lichte teleurstelling dat deze scene nu toch ook al weer afgelopen is.
En toch kijk ik elke dag uit naar een nieuwe aflevering.
Blij met dat laatste zinnetje!
Ik heb voor de nieuwsbrief een stukje geschreven over het waarom van de korte stukjes. Ik had ook het gevoel dat te lange stukken, en dan elke dag, mensen zouden afschrikken. (Kan wel zijn dat de frequentie gaat veranderen als ik eenmaal door het bestaande materiaal heen ben.) En nog iets praktisch: ik maak een screenshotje voor Instagram, en langere stukken passen niet in een vierkant.
Maar dat gevoel van verbrokkelde informatie is wel belangrijk. Sowieso moet ik met de infodump aan de gang.
Ik hou bij het lezen steeds voor ogen dat ik de ruwe versie lees en dat het uiteindelijke verhaal, waar ik heel nieuwsgierig naar ben, nog moet komen.
Ja, zo is het ook (hoop ik).