Ik begon aan The Hare with the Amber Eyes in de veronderstelling dat het een roman was. Bij de proloog dacht ik: wat een fijne stijl, ik wou dat dít al de roman was! Ik noteerde wat zinsneden voor schrijfveren, dat is altijd een goed teken. En het hield niet op. Het bleef zo fijn. Een van de mooiste en fascinerendste boeken die ik dit jaar gelezen heb.
En ik kan maar niet goed onder woorden brengen hoe het komt dat het zó'n mooi boek is.
Met de leesclub lazen we The House by the Lake van Thomas Harding, en het was het eerste boek dat ik niet uitlas wegens doodvervelen. Ze zijn vergelijkbaar. In the Hare with the Amber Eyes wordt een familiegeschiedenis uitgeplozen aan de hand van een netsuke-verzameling, en omdat het de Joodse familie Ephrussi betreft gaat het ook veel over de oorlog. The House by the Lake gaat over een familievakantiehuis in Duitsland, aan de hand waarvan een beeld van de eigenaren en de oorlog wordt gegeven.
Wat maakt het ene boek dan zo sprookjesachtig prachtig en aangrijpend, terwijl het andere voor mij zo dor was als wikipedia?
Om te beginnen is Edmund de Waal een begenadigd schrijver. Hij is pottenbakker van beroep (beroemd ook), hij schrijft als een kunstenaar. En hij geeft zichzelf bloot, laat voelen wat de zoektocht met hem doet, hij brengt zijn familie tot leven in het décor waarin ze zich bevonden. De eerste eigenaar van de verzameling is oudoom Charles, die in Parijs verkeerde met beroemdheden als Proust en Renoir. (Die man met die zwarte hoed, dat is Charles.) We krijgen mee hoe de Dreyfus-affaire de familie beïnvloedde.
Charles schenkt de vitrine met de netsuke aan zijn neef Viktor, die gaat trouwen en zijn intrek neemt in het Palais Ephrussi aan de Ring in Wenen. De familie is puissant rijk, en zeer geïnteresseerd in kunst en cultuur. Alle kamers hangen vol schilderijen, staan vol kunstvoorwerpen. Voor de vitrine met de netsuke is nog net plaats in de kamer van echtgenote Emmy, waar kamenier Anna voor ze zorgt, en waar de kinderen ermee mogen spelen.
En dan komt de Anschluss. Alles verandert.
Voor ik het hele boek ga navertellen … uiteindelijk komen de netsuke weer terug in Japan. Dat weten we, daar begint het boek mee. De proloog gaat ook over het vertellen van zulke verhalen. Dat het aan de ene kant niet goed voelt om ze zo begerig aan een oude man te ontlokken. Dat het aan de andere kan ook geen sepia saga moet worden van zo'n gratuite, vage melancholie. De netsuke zijn zo exact van detail, zo'n verhaal verdienen ze ook. Sommige objecten behouden de hartslag van het maken. En hoe ze in hun bestaan zijn vastgehouden, en door wie, dat is story-telling.
Dus De Waal stopt de haas met de amber ogen in zijn zak en begint aan zijn onderzoek. Met zijn verhaal weet hij mensen en dingen zó tot leven te wekken dat je niet - zoals bij zo'n dor wikipediaverslag – denkt goh ja wat erg, en door. Nee, je voelt – ik voel het, bijna lichamelijk. Net zoals indertijd met het Egyptisch Museum. Een echt goed verhaal gaat ook over de schrijver, ook over de lezer.
De foto's uit het boek staan op de website van Edmund de Waal.
Het boek is vertaald als De Haas met Ogen van Barnsteen.
Dit is zo'n boek dat volgens mij iedereen geweldig vindt en dat ik nog steeds niet heb gelezen. Misschien een goed voornemen voor volgend jaar.
Ik wilde er ook heel lang niet aan. Maar het is schitterend.
Tsja, ik heb het gelezen en ik vond er helemaal niks aan, dus ik ben de afwijkende mening in dit geval 🙂 Het kon mij echt totaal niet boeien en ik vond het niet fijn geschreven. Maar ik ben blij dat het jou wel heel erg kon bekoren!
Ik vind het altijd leuk om te zien waarom iemand een boek wel of niet leuk vindt, zeker als dat afwijkt van mijn eigen ervaring.
Voor nu, een heel fijne jaarwisseling en een goed 2020 met heel veel mooie boeken en veel Frija!
Groetjes,
Dankjewel! En ja, wat kunnen smaken enorm verschillen. Ik heb meer matige recensies van dit boek gelezen, daarom duurde het ook zo lang voor ik eraan begon. Dat Bart Moeyaert er op Goodreads zo enthousiast over was, trok mij over de streep.