Er zijn maar twee plots: iemand gaat op reis, of: er komt een vreemdeling in de stad. Zo kwam Angela onze hechte expatgemeenschap binnen, een vreemdelinge die alle aandacht naar zich toetrok. Vers uit Nederland dus in de laatste mode, slank en blank, niet zo gelooid als de doorgewinterde (gezomerde) olievrouwen. We letten allemaal wat beter op onze mannen. Vrouwelijke geologen zag je niet veel, we hadden mooie vrouwen liever naast ons bij het zwembad dan naast Jan-Kees z'n bureau.
Alle Jan-Kezen waren dol op haar. Want ze was vanzelfspreken heel goed in haar vak. Opeens had niemand meer bezwaar tegen weekend-dienst. Zij had als vrijgezel zeker vrijwillig bijgetekend, we zagen haar tenminste nooit als we met ons verwende kroost op het bloedhete strand zaten.
Marie-Louise en Sylvie-An verwoordden op de dag van de zeilwedstrijd wat we allemaal dachten: dat kreng moet weg. Keek haar daar nu eens tussen de crew van het bootje staan, met die benen onder het club-T-shirt. Konden we geen valse roddel verspreiden? Konden we de resultaten van geologische metingen niet verstoren? Sabotage aan de boot was geen optie, al onze Jan-Kezen zaten erop.
We zagen dat Marie-Louise's breintje keihard werkte. Achter dat poppenhoofdje ging een geslepen verstandje schuil. Sommigen beweerden dan ze doctoranda in de criminologie was.
We werden allemaal uitgenodigd op haar verjaarsborrel. Dat Angela pina colada dronk in plaats van een beschaafd wit wijntje was algemeen bekend. Dat je gevaarlijk gif nodig hebt tegen het ongedierte in die apenlanden ook. De vreemdelinge zou een hele lange reis gaan maken.
schrijfveerflitsverhaal
vreemdeling
Dit bericht is geplaatst in schrijfveerflitsverhaal. Bookmark de permalink.
Gevaarlijke wereldje...
Hoe komt het toch dat dubbele namen een bepaald sfeertje opwekken. Bij mij in elk geval.