In juli 2014 waren we nog in Naumburg, kindeke en ik. Ik wilde haar zo graag laten beleven wat ikzelf veel eerder had beleefd: Naumburg bezoeken vlak na de val van de muur, met een hoofd vol kennis over de beelden, wie wie was en waarom Uta zo verschrikt kijkt. Dit boekje moet ik toen gekocht hebben, het is uit 1990.
Nu was Naumburg inmiddels wat opgekalefaterd, wel heel schilderachtig nog, maar ik kon de oude verrukking toch niet helemaal terugvinden, en niet overbrengen dus.
Ik kan soms met heimwee denken aan alles wat we gezien hebben, wat ik – denk ik op zo'n moment – nog zo graag eens terug zou willen zien. Maar inmiddels zou ik beter moeten weten, oude verrukkingen liggen niet alleen in het schoons dat je bezoekt, maar ook in de mens die je toen was.
Beter de herinnering de herinnering te laten – dit boekje ook zeker bewaren – en op zoek te gaan naar nieuwe schoonheid. Zo keek ik gister naar Gevaarlijkste Wegen, ze waren in Kazachstan, en wat was het daar wondermooi.
Naumburg
Dit bericht is geplaatst in autobiobibliografie, kunst met de tags marie kondo. Bookmark de permalink.
Een.waar woord Hella. Ook het ervaren van schoonheid.is afhankelijk van.onze.persoonlijkheid en de.omstandigheden. zoals.alles afhankelijk is.
zo is het!