In 2011 en 2012 heb ik een cursus Familiegeschiedenis Schrijven gegeven bij Tresoar in Leeuwarden. Om deze te ontwikkelen zocht ik naar literatuur, maar die was er nauwelijks. Het meeste heb ik dan ook zelf verzonnen, als je eenmaal in de flow van cursussen geven zit, komen de ideen altijd wel weer op tijd.
Familieverhalen van Tanny Dobbelaar was toen net uit, ik kocht het eigenlijk ongezien, en het is wel heel mooi, het geeft inzicht in het hoe en waarom van je verdiepen in de geschiedenis van je familie, maar praktische handreikingen – en daar zitten cursisten toch het meest op te wachten is mijn ervaring – geeft het nauwelijks.
Het geeft vooral veel voorbeelden van verhalen van bekende auteurs, en soms interviews met hen. Het is een mooi boekje om je bewust te worden van de perikelen van het vastleggen van problematische gebeurtenissen.
familie en andere ongemakken
Dit bericht is geplaatst in autobiobibliografie, schrijven met de tags marie kondo, schrijfboeken. Bookmark de permalink.
Het lijkt wel of familieverhalen altijd ongemakkelijk moeten zijn? Mijn leven ging ook niet altijd over rozen, maar ik heb tijdens de cursus familieverhalen ook een heleboel leuke verhalen opgediept.
Nee, dat hoeft ook niet per se. Ik had toen wel een cursist met ouders die 'fout' waren geweest, maar ook bv iemand die het familiebedrijf wilde beschrijven, of het leven op een dorp. Motieven zijn heel verschillend, en juist dat gezamenlijk opdiepen van herinneringen is zo leuk!