De tweede keer was door mijn vader.
Hij raakte in het ziekenhuis met een longontsteking, en uit de onderzoeken bleek dat hij een hartoperatie nodig had. Dat wilde hij niet meer. Een besluit waar ik alle begrip voor had. Op de een of andere vreemde manier vervormde zich dat in het idee dat hij nu stervende was. Ik belde familieleden en vrienden, om een afspraak te maken om afscheid van hem te nemen. Alle getrouwen verschenen aan het bed, er waren tranen, er was bewondering.
Omdat er nu geen behandeling meer gedaan werd, en euthanasie geen optie was, hoe hij ook zijn best deed de raadsvrouw te overtuigen dat hij al sinds de HBS ondraaglijk leed, werd hij overgebracht naar het hospice, waar hij zou "versterven."
Toen ik daar de volgende middag verscheen, wist ik niet wat ik zag. Paps zat prinsheerlijk in bed te lezen, en vertelde hoe fijn hij het daar had. Hij had zijn lievelingsmaaltje mogen bestellen en het met smaak opgegeten. En iedereen vond hem heel bijzonder.
Geschokt en verbijsterd ging ik thee halen in de keuken. De dames vroegen mij wat mijn vader eigenlijk in het hospice deed? Ik wist het ook niet.
Ik voelde me verstarren. Ik zat als een Medusa in zijn kamer. Hoe had hij zo met de emoties van al die mensen kunnen spelen? Ik wist niet wat ik ermee aan moest. Ook de huisarts begreep totaal niet wat er gebeurde.
De dochter van een goede vriend van hem vertelde me dat ouderen wel vaker in de war raken door een ziekenhuisopname. Ik moest het me maar niet zo aantrekken, en het hem vergeven.
Wat ik deed. Ik zie me nog zijn kamer binnenkomen, ik zei: "I come in peace."
Maar in mijn ogen was mijn vader geen volwaardig mens meer. Hij had ons allemaal bedrogen. Hij was helemaal niet in de war, hij las de moeilijkste boeken in het hospice, terwijl ik intussen regelde dat hij naar een verzorgingshuis kon. Zelf zag hij daar de noodzaak niet van in. De buren – ontzaglijk lieve mensen die altijd heel veel voor mijn ouders hebben gedaan – zagen het immers als hun levenswerk om voor hem te zorgen.
Ik kreeg een opgeluchte mail toen ze hoorden dat hij ging verhuizen. Ze hadden niet eens meer op vakantie gedurfd.
Ik was zelf behoorlijk aangedaan door de gebeurtenissen, en kreeg door diezelfde goede vriend en dochter het aanbod om te komen praten. Dat ik echt mijn ei kwijt kon, zeg maar. Ik wilde niets liever.
Maar toen ik bij hen thuis kwam, bleek ik voor een tribunaal gedaagd. Voor ik mijn verhaal kon doen, kreeg ik de wind van voren. Hoe durfde ik zo over hem te denken, hoe kón ik zo'n slechte dochter zijn. Voor mijn verhaal was geen ruimte. Hún verhaal over hun "beste vriend" moest koste wat kost intact blijven. Het mijne accepteren zou dat onmogelijk maken.
Ze moesten eens weten hoe hij achter hun rug over hen sprak. Zoals hij over alle andere mensen sprak. Of ze nu een ander merk auto reden, op een andere partij stemden, gingen scheiden, andere boeken mooi vonden, wat dan ook! Andere mensen waren allemaal gek of minderwaardig. Ook de zogenaamd beste vrienden.
De mensen naar wie ik in vol vertrouwen was gegaan, zagen er geen been in mij als een baksteen te laten vallen. Ik zag het allemaal verkeerd en dat kwam natuurlijk doordat ik mijn scheiding niet goed verwerkt had. Dat was de derde keer.
Het was door het boek The Beheaded Goddess dat ik – na zijn dood - ging inzien hoe mijn vader werkelijk in elkaar stak. Ik las oude brieven die hij aan een vriend had gestuurd, ik las brieven die hij aan mijn moeder stuurde toen ze bij ons in Oman was, bij de geboorte van kindeke. Ze gingen enkel en alleen over hemzelf. Nooit vroeg hij naar zijn dochter of kleindochter. De brieven die mijn moeder terug stuurde waren zó lief dat ik ervan moest huilen. De lieve zorgen van een tante op wie hij verder alleen maar neerkeek werden nu genadiglijk in ontvangst genomen.
Door mijn opvoeding was ik klaargestoomd voor dit leven. Ik was iemand die nooit kritiek mocht hebben op een ander. Ik was iemand die geen eigen mening mocht hebben, tenzij die door wetenschappelijke artikelen en boeken werd ondersteund. Ik was iemand die geen emoties mocht tonen want dat was onredelijk. Ik was iemand die beslist niet egoïstisch mocht zijn. Ik mocht niets vragen voor mezelf, geen ruimte innemen, en moest uitsluitend leven terwille van een ander. Ik mocht me op niets laten voorstaan, ik mocht nergens trots op zijn, want mij waaide alles aan en het was duidelijk dat ik geen doorzettingsvermogen bezat. Ik moest vooral dankbaar zijn en zoet. Mijn plaats op deze aarde kon ik alleen verdienen door belangeloos dingen voor een ander te doen.
Ik was een ideale prooi.
Maar nu doorzag ik het patroon. Nu zou ik er nooit weer intrappen.
Dat deed ik wel.
Toen ik uiteindelijk mijn diagnose kreeg, begin vorig jaar, reageerde deze vriendin beledigd. "Maar IK heb spierreuma!" "Nee," zei ik, "dat is dus niet zo." Want zij had geen ernstige auto-immuunziekte waarvoor ze jaren aan de prednison moest.
In de daarop volgende weken – ik kon nog bijna niets – hoorde ik vrijwel niets van haar. Maar toen ze op vakantie ging, mocht ik opeens op de plantjes komen passen. Dat vond ik niet leuk. Dat heb ik gezegd. We hebben het "uitgepraat." Zij vond dat ik haar jaren van haar pijn had afgepakt.
Toen ze terug kwamen van vakantie waren ze heerlijk bruin. En zei ze: dan ga jij toch lekker ook naar Mallorca! Ik was net voor het eerst met de bus naar de stad geweest.
In de maanden daarna werd het niet beter. Ze toonde weinig belangstelling. Als we elkaar zagen domineerde ze – zoals altijd – de conversatie. Ze vertelde uitgebreid over mensen die kanker hadden en hoe erg zij dat vond en wat voor lieve dingen ze tegen hen gezegd had. Een doodenkele keer vroeg ze hoe het met mij ging. Als ik een paar dagen flink koorts had gehad, had zij óók koorts gehad, gisteravond nog. Als de pijn soms erg vervelend was, stond zij met veel vertoon van stijfheid op uit haar stoel. Ik maakte me zorgen om mijn ogen (gevaarlijke complicatie bij PMR), zij zag met 1 oog maar 80%.
Op een dag zei ze: ik zal jou eens even heel jaloers maken. Ze pakte haar ipad erbij, en ging me alle foto's laten zien van een uitstapje dat ze pas met een andere vriendin had gemaakt. (Mijn actieradius is sinds kort uitgebreid tot Appelscha.)
Ik schoot in mijn gewone reactie – ingeslepen van kindsbeen af aan. Liefde verdienen. Ik ging iets heel moois maken voor haar verjaardag. Natuurlijk was ze niet heel blij. Ze vindt niets mooi wat ik maak, ze reageert op geen enkel Facebookbericht, ze heeft ook nooit gezegd wat ze van mijn boeken vond.
Soms spraken we elkaar weken niet. Nu was de laatste keer zes weken geleden. Vaag staat me bij dat ze toen vertelde dat ze in juli nog een weekje weg zouden.
Zo mocht ik een mail ontvangen, gericht aan diverse kennissen, dat ze een weekje weg gingen, en dat Hella zoals gewoonlijk de sleutel had. Het was niet eens meer nodig om mij fatsoenlijk te vragen of ik de planten en de post wilde doen. Een mededeling volstond.
En daar was Medusa. Ik had het weer laten gebeuren!
Ik confronteerde haar met haar gedrag, en natuurlijk was ik gemeen en oneerlijk en had zij verschrikkelijk veel voor mij gedaan.
Ik had wéér veel te lang veel te veel gepikt.
Omdat ik immers geen kritiek mocht hebben, niet boos mocht worden, niets mocht vragen voor mezelf. Bovendien was het in deze afhankelijke positie niet veilig voor mij om ruzie te maken. De wereld is nooit veilig geweest voor mij.
Ik kan iedereen alleen maar aanraden om The Beheaded Goddess te lezen. Om te begrijpen hoe je als dochter van een narcistische vader – in welke vorm hij zich ook openbaart – wordt klaargestoomd voor een levenslange onderdanigheid. Hoe iedereen in de omgeving door hem verblind wordt, zodat ze medeplichtig worden aan de onderdrukking van het slachtoffer.
Iedereen die zegt "hij kan er niks aan doen" werkt mee aan de onderdrukking van het slachtoffer.
Het slachtoffer zelf werkt mee aan de onderdrukking. Uit angst, en omdat het vertrouwd voelt. Ik twijfel er niet aan of het ontstaan van mijn ziekte heeft daarmee te maken.
Daar wordt ook onderzoek naar gedaan.
Hier wordt zelfs gesteld: This result suggests the influence of stressful events in the clinical emergence of temporal arteritis and/or polymyalgia rheumatica.
Diep onder indruk van je schrijven. Wat een perfecte analyse. Hoop van ganser harte dat je er voor de rest van je leven beter mee kunt omgaan.
Sommige 'vrienden' zijn dat label niet waard. Zonde van je energie. Het lijkt wel of ze van ziek zijn een wedstrijd maakt.
voor zulke mensen is alles een wedstrijd, en ze moeten hem winnen, hoe dan ook
Jaren later leerde ik dat liefdevol en mededogend zijn niet betekent dat je een deurmat bent. In onze christelijke samenleving speelt dat misverstand steeds weer op en dwingt je in de slachtofferrol. Totdat... je het door hebt. Niet meer in dezelfde put dondert en kunt kiezen om liefdevol in je eigen midden te blijven. Een oefening van jaren. Dat hoeft dan niet meer te betekenen dat je de ander (dader) veroordeelt of kwaad aankijkt. Maar dat is vaak al een brug tever.
Ik wens je heel veel liefde in de eerste plaats voor jezelf toe. Zodat je het verleden (net als ik) achter je kunt laten. En vreugdevol in je eigen waardevolle midden kunt leven.
Mooi intrigerend stuk heb je erover geschreven. Moedig en een goede stap.
dankje, doet goed
Ben je bekend met het werk van Ingeborg Bosch?
Ik heb Illusies van haar gelezen, in 2010. Toen kon ik daar niet zo veel mee.
Andere vader, andere ziekte. Maar de link tussen narcisme en auto-immunziekte vond ik opvallend, verontrustend zelfs.
In de omgeving van de narcist wemelt het van de burnouts, migraines, depressies, fibromyalgie en noem het allemaal maar op. Bij een auto-immuunziekte keert het lichaam zich tegen zichzelf, zoals een narcismeslachtoffer zelf ook het meeste werk doet.
Hoi Hella, een heftig stuk. Goed geschreven ook! Zelf functioneer ik ook niet helemaal zoals het moet. Gelukkig hebben de meeste mensen in mijn omgeving daar begrip voor. Als mensen zeggen dat ze het ook niet altijd makkelijk hebben, dan vraag ik of ze met mij willen ruilen. Dan zijn we meestal gauw uitgepraat. Goed dat je er zo open voor uitkomt dat het hebben van een fysieke beperking nog niet betekent dat er geestelijk iets met je mis is. Groetjes en schrijf zo verder, Erik
dankje!
Wauw wat een verhaal/analyse... wat heerlijk dat het leven je nog zoveel heeft gegeven dat je deze inzichten hebt en kunt verwoorden. Dat het je helpt om het op te schrijven is mij meer dan duidelijk. Dat het ontstaan van jouw ziek zijn voortkomt door je opvoeding en het missen van erkenning in je opvoeding en vriendschap. Daar zet ik maar mijn vraagtekens bij. Ik had een liefdevolle vader en mijn moeder (90jr.) is een zorgzame moeder gebleken... mijn diagnoses zijn op 1 hand te tellen. Pech noem ik het maar, ik zou anders stikken in schuldgevoel naar mijn kinderen toe..
Vriendschap? Iemand die jou inspireert, die jou levensenergie kan geven, daar doe ik het maar mee...
Hella, dank voor de intieme inkijk in jouw kwetsbare kindsdeel.
Dank voor je reactie! Daar bén ik ook dankbaar voor, voor de inzichten.
Op het moment van ziek worden speelde er nog iets wat hiermee te maken heeft, voor mij voelde op dat moment het verband overduidelijk.
Maar je moet daar heel erg voorzichtig mee zijn, voor je het weet geef je iemand zelf de schuld van de ziekte.
Helaas verkeerde e-mailadres. Moet Ziggo.nl zijn.
Heftig verhaal, Hella. Wat goed dat je het zo haarscherp doorziet.
Ik heb misschien iets gemist, maar wat was het eerste verraad? Was dat je eigen lichaam toen je ziek werd?
Nee, de scheiding.