Na de fantastische bespreking van Anna (lees die nu eerst) ben ik onmiddellijk in Americanah begonnen. Ik kan het alleen maar met haar eens zijn: absoluut lezen, dit intelligente, stimulerende en inspirerende boek.
Anna vangt in haar recensie de essentie van het boek, dus wat zal ik daar nog aan toevoegen?
Losse dingen die ik herkende.
Zelf ben ik nooit in Nigeria geweest, maar kindeke wel, toen exgenoot daar woonde. Door haar foto's en verhalen heb ik een behoorlijk goed beeld van het land gekregen. Maar het ligt ruimer. Wat ik herkende waren algemene dingen die met het expat-zijn te maken hebben.
De verschillen tussen witte expat en zwarte expat.
Wat je opvalt als je als buitenlander in Amerika komt wonen.
Kortom: alles wat ik gehighlight heb voeg ik hier nu maar toe als voetnoot.
Een passage die Anna ook aanhaalde leek me actueel in het licht van het huidige gelukszoekersdebat:
… they would not understand the need to escape from the oppressive lethargy of choicelessness. They would not understand why people like him, who were raised well fed and watered but mired in dissatisfaction, conditioned from birth to look towards somewhere else, eternally convinced that real lives happened in that somewhere else, were now resolved to do dangerous things, illegal things, so as to leave, none of them starving, or raped, or from burned villages, but merely hungry for choice and certainty.
Voor witneusexpats is het zo vanzelfsprekend: je gaat naar het land van je keuze, geniet er van de exotica, en je hebt altijd je veilige paspoort om terug te keren naar je veilige land. Je bent nooit ergens illegaal. Je mag je geluk zoeken waar je wilt.
En dat geldt in zekere zin voor Ifemelu ook als ze terugkeert:
she felt suddenly, guiltily grateful that she had a blue American passport in her bag. It shielded her from choicelessness. She could always leave; she did not have to stay.
I came from a country where race was not an issue; I did not think of myself as black and I only became black when I came to America.
Zo dachten wij ook niet aan onszelf als blank voor we vertrokken (naar Oman, in 1990). Maar het is niet te vergelijken. In een Arabisch land weet je: Arabieren kijken neer op Christenen. Maar je staat wel bovenaan de neerkijkladder, boven de Indiërs, de Aziaten, de zwarten (in die volgorde). En bovendien bekijk je zelf (tot je eigen schok en schande) de lokale bevolking met een soort neerbuigende geamuseerdheid. Als blanke weet je (en daar kom je pas achter als je werkelijk woont in een vreemd land, en dan schrik je van jezelf) dat je stiekem tóch bovenaan staat.
(Ik herinner me dat ik al eerder over dit ongemakkelijke gevoel schreef.)
Niet-Amerikaanse zwarten doen hun best om zo Amerikaans mogelijk te spreken. Ifemelu houdt daar op een bepaald moment bewust mee op. Ik herinnerde me hoe leuk ik het juist had gevonden, altijd die belangstelling van Amerikanen als ze je accent horen, "where you from?" Maar dat is alleen maar leuk als er geen automatisch neerkijken aan te pas komt.
Ifemelu stelt de vraag aan de orde of je wel een relatie kunt hebben met iemand die niet van je eigen ras is. Haar vriend Blaine (zelf Afro-Amerikaans) voel zich buitengesloten als zij grapjes maakt met een andere Afrikaanse zwarte man.
The thing about cross-cultural relationships is that you spend so much time explaining. My ex-boyfriends and I spent a lot of time explaining. I sometimes wondered whether we would even have anything at all to say to each other if we were from the same place.
Wat ze zegt over Amerika kan ik onderschrijven.
The best thing about America is that it gives you space.
Van Blaine moet Ifemelu moderne Amerikaanse romans lezen. Ze zegt daarover héél raak: novels written by young and youngish men and packed with things, a fascinating, confounding accumulation of brands and music and comic books and icons, with emotions skimmed over, and each sentence stylishly aware of its own stylishness.
En dan de terugkeer naar je eigen land. You can't go home again.
She was no longer sure what was new in Lagos and what was new in herself. Dat ervoer ik na vijftien jaar buitenland precies zo in Leeuwarden.
Af en toe onderstreepte ik een zin alleen maar om de schoonheid ervan.
Their silence was full of stones.
It was late autumn, the trees had grown antlers …
He had held her always clasped in the palm of his mind.
Ook wil ik nog iets kwijt over de structuur van het boek. Het grootste deel zit Ifemelu bij de kapster die haar haar vlecht, en intussen krijgen we haar hele geschiedenis – en die van haar geliefde Obinze – te weten. Op een heel natuurlijke en dromerige manier zwemmen we door de tijd, totdat ze eindelijk terugkeert naar Nigeria. Dan wordt het eindelijk NU.
Wat een rijk boek.
(en ja, het is ook vertaald)
Hoi Hella, ik had na het lezen van de recensie van Anna al besloten om dit boek te gaan lezen, maar nu weet ik het helemaal zeker. Groetjes, Erik
ps: Ik ben even gestopt met Proust en heb nu de afgelopen maand 5½ deel Knausgard achter de kiezen.
Wow, ik bewonder je doorzettingsvermogen!
Wat geweldig dat je nog allerlei extra's uit dit boek haalt. "Een rijk boek", is inderdaad de juiste aanduiding; het is zo ontzettend veel meer dan alleen verhaaltje.
Ja! Ik las wat reacties op goodreads, wat zijn er veel mensen die dat er totaal niet uithalen. Zo zonde.
Heb net even gekeken. Er staan inderdaad ontstellend onnozele reacties bij.