Ik keek om me heen, verdwaald en in de war. Waar was iedereen? Ja, ik herkende de meeste leraren, herinnerde me kwellingen en triomfen. Complete menigten verdrongen zich in de vele bijgebouwen die intussen aan de school waren ontsproten. Deze kolossale reünie was georganiseerd ter ere van het honderdvijfentwintigjarig bestaan van de school. De oudste gasten waren in de negentig, en vooral de zestig- en zeventigjarigen amuseerden zich geweldig.
Wij waren de veertigers. Wij hadden zo'n druk leven dat de meesten niet de tijd konden vinden om te komen. Iedereen op wie ik me verheugd had, was er niet.
Het meisje met wie ik altijd naar school fietste, zes jaar lang. Donkere ochtenden, regen en storm, lekke banden, en elke dag weer haar trouwe belletje in de straat voor ons huis.
De jongen die mijn liefdescoach was geweest, en mijn boter-kaas-en-eierenmaatje, op de achterste bank bij Duits.
Erik-Jan.
De jongen die me had vastgehouden toen ik zo moest huilen op de begrafenis van onze geliefde Engelse leraar.
Het meisje dat naast me zat bij Frans, onze schriften vol correspondentie over jongens en alles wat daarmee samenhing.
Wie er wel waren?
Sommigen waren onherkenbaar veranderd. Een jongen die ik al kende sinds de lagere school, altijd in voor een kwajongensstreek, was een serieuze informaticus geworden. Het meisje bij wie we na schooltijd altijd even aanstaken, het huis van haar ouders een haven, zij een dromerige hippie met zwierige krullen en lange rokken, was nu een elegante dame met een Italiaans accent. Anderen kende ik bij naam. Ze verkeerden vroeger aan de rand van mijn blikveld.
Ik had uren voor de klerenkast heen en weer gedrenteld. Hoe moest ik me presenteren? Hoe moest ik laten zien wat voor leven ik leidde? Een spijkerbroek, maar hoge hakken. Een vlot linnen jasje, maar met een zware gouden ketting (zo goedkoop in Oman). De zelfverzekerde vrouw-van, met mijn succesvolle echtgenoot aan mijn zij, was dat niet romantisch? We zouden vast het enige stelletje-van-vroeger zijn.
Ik zag er precies zo uit als iedereen.
Zij waren allemaal succesvol: bankiers, therapeuten, computerwetenschappers, leraren, accountants, dokters.
Ik was een succesvolle huisvrouw.
Ik had zo die sticker op mijn borst kunnen plakken met "Werk jij hier? En je kon zo goed leren!" erop. Ik was bibliothecaresse geweest, ik mocht mezelf kunsthistoricus noemen, ik was moeder en echtgenote. Maar een carrière had ik niet. Ik kon niemand uitleggen hoe ik mijn dagen doorbracht. Met rondrijden door buitenlandse steden, op zoek naar winkels, tandartsen, ziekenhuizen. Ik had niets te vertellen.
Buiten woei een ijskoude wind dwars door mijn linnen jasje. De volgende morgen kon ik letterlijk niet meer staan. Ik snap nog niet hoe ik nog thuisgekomen ben, in Schotland. Er lag sneeuw, dat is alles wat ik me herinner.
En ik herinner me de zwarte hond aan het voeteneinde van mijn bed. Ik was een flink aantal dagen ziek, en hij lag daar maar. Stil, warm, knus. Een nieuwe vriend die nog heel lang zou blijven.
Was dit de reünie van 1995? Toen warwn we nog dertigers?. Ik meen mezelf in jouw beschrijving te herkennen... ? Ik vond juist iedereen er nog hetzelfde uitzien, de vrouwen toen nog even slank als in de zeventiger jaren, de mannen lichtelijk aangekomen.... Ik heb heel goede herinneringen aan de reünie. Ik was er speciaal voor uit Zwitserland overgekomen.. Je kunt toch ook succesvol zijn zonder een standaard carrière. En dat ben je toch! En je hebt zoveel te vertellen! !
Het heeft járen geduurd voor ik dat begon in te zien ...
Mijn gevoel bij een dergelijke reunie was precies hetzelfde!
Voor mij een reden om nóóit meer naar reunies te gaan want het valt altijd tegen.
Óf tegen elkaar opbieden hoe ver iedereen het heeft geschopt óf roddelen over degenen die er niet zijn.
Met de mensne die er echt toe zijn blijven doen is het contact nog steeds, met de anderen heb ik niet vooor niets geen contact meer.
Een grote opluchting dat ik heb besloten nooit meer te gaan!
Over vijf jaar bestaat de school 150 jaar. Als ik dan weer beter ben, en ze organiseren weer een reünie, zou ik wel gaan. Ik ben zoveel sterker dan toen!
Geweldig, de helaasheid der dingen. Ik weet wie de Zwarte Hond is.
Ik blijf deze mooie verhaaltjes steevast volgen.
dankje Ronny!
Ik was ook bij die reünie, maar stuitte al heel snel op Greta en een clubje ex-atheneum-mensen en heb jou en Margreet nooit gezien. Wij hadden het in ieder geval ontzettend gezellig. Ik heb er leuke herinneringen aan en als ik jou destijds wel tegen was gekomen, was het nooit bij me opgekomen om je weg te zetten als 'maar' een huisvrouw. Ik had het juist heel interessant gevonden om te horen over je leven in den vreemde. En de term succesvol is ook maar relatief. Veel mensen vinden dat je als vrouw helemaal niet meetelt als je geen kinderen hebt. Voor die mensen zijn Margreet en ik dus niet geslaagd en jij juist wel .....
Gelukkig dat je nu veel sterker bent dan 20 jaar geleden!
Ja, je ziet de dingen ook alleen maar zo als de zwarte hond al een tijdje ongemerkt achter je aanliep ... Onvoorstelbaar dat het al 20 jaar geleden is!