Dit boekje kreeg ik voorgelezen toen ik nog heel klein was, door mijn vader. Het was niet dit exemplaar (ik heb er bij het ontruimen van het ouderlijk huis niet aan gedacht om het zijne mee te nemen), maar de herinneringen zijn er niet minder dierbaar om. Raadselachtig en wonderlijk, dat jongetje dat zomaar een schilderij binnenstapt en opeens op gelijke hoogte converseert met de insecten in het gras.
Ik zit intussen te bedenken welke voorleesherinneringen ik nog meer heb, en ik weet nog dat mijn moeder en ik verschrikkelijk moesten lachen als zij een rijmpje voorlas van "ik stond laatst voor een poppenkraam, daar zag ik mooie poppen staan" en zij van elke P een poepgeluidje maakte.
Toen wij nog heel klein waren.
voorleesherinneringen
Dit bericht is geplaatst in autobiobibliografie, lees- en biepherinneringen met de tags marie kondo. Bookmark de permalink.
Ik maakte kennis met Erik tijdens een kamp van de padvinderij waar het 's avonds werd voorgelezen. Voor mij de enige leuke momenten van die hele week die maar niet om kwam omdat ik het er vreselijk vond.
Mijn moeder las mij heel veel voor. Dat begin met de gedichten van Annie M.G. die zaterdagavond in Het Parool stonden, Jip&Janneke (heb alle eerste drukken), Wij uit Bolderburen van Astrid Lindgren en wat later vele boeken van An Rutsgers van der Loeff-Basenou. Weet het allemaal nog en koester de herinneringen!
Wat een leuke herinnering
Kreeg er zelf ook een warm gevoel van. Op Facebook kwam nog iemand met de verhaaltjesboeken van Lea Smulders, daar had ik er ook 1 van.
Die poepgeluidjes maakte mijn Oma ook.
De Lapjeskat van Annie M.G. staat nog altijd in de kast. Doodsbang was ik van de Ridder van Vogelenzang, die zelf een schijtebroek was.
Soms zou ik Erik willen zijn, lijkt me helemaal geweldig.