Hoe schrijf je een recensie van een achtbaanrit? Of van een kaleidoscoop? Spannend, hilarisch, veelkleurig, klaar?
Laat ik maar beginnen met de achtbaan in mijn hoofd, nadat ik het boek gister uitlas. Acht lange avonden van spanning en sensatie. Een boek dat begint als een coming-of-age roman over een meisje van vijftien, dan aansluiting zoekt bij Brideshead Revisited, vervolgens een Engelse familieroman wordt met licht paranormale trekjes, daarop helemaal meta gaat door een schrijverspersonage, een schrijver die een pesthekel heeft aan fantasy, dus het volgende deel wordt zo fantasy-scifi als maar enigszins mogelijk, om uit te monden in een dystopie zoals we die kennen van Nei de Klap en The Road.
Zelf heb ik me tot nu toe met opzet verre gehouden van welke recensie of bespreking dan ook. Misschien moet jij dat ook doen en nu eerst het boek gaan lezen.
[…]
Klaar?
Behalve een kort regeltje bij de aankondiging van de Booker Prize Nominees Longlist had ik niets gelezen over de inhoud. Bovendien had ik nooit iets van Mitchell gelezen, al kende ik wel een paar titels, en toen de naam van Jacob de Zoet in dit boek viel, vroeg ik me af of hij soms meer geciteerd heeft uit eigen werk.
Hij citeert wel uit liedjes en gedichten, wat ik altijd zo'n razend knappe manier vind om een scène of beschrijving een complete extra lading mee te geven. Zo bijvoorbeeld: What immortal hand or eye could frame these charted miles, welded girders, inhabited sidewalks, and more bricks than there are stars? (p488) Zo resoneert William Blake met zijn vurige wereldeinden mee.
De hoofdstukken over de schrijver (losjes gebaseerd op Martin Amis) geven commentaar op schrijven in het algemeen, maar ook op dit boek, waardoor de structuur iets labyrintigs krijgt, waardoor de vorm de functie volgt, waardoor ik persoonlijk van mijn stoel val van bewondering. Zo schrijft in het verhaal een recensent over een boek van het schrijverspersonage: The fantasy subplot clashes so violently with the book’s State of the World pretensions, I cannot bear to look. En wat doet The Bone Clocks? Precies.
Het hele boek door wordt er gerefereerd aan The Script. Alsof alles wat er gebeurt al vantevoren geschreven staat. Wat ook zo is want het is een boek.
Toen ik het uit had, gisteravond om half twee – nadat ik de hele week op twitter had verzucht: wát een boek! – dacht ik: en? Was het 't waard? Of was deze rijke soep uiteindelijk de kool niet waard?
Maar toen ik vanmorgen wakker schrok uit een wonderlijke droom vol enorme tapijten en gordijnen, dacht ik: zelfs als het much ado about nothing is, is het nog een wonder van vernuft en pracht. Een boek dat me in zekere zin wel deed denken aan de Ontdekking van de Hemel, zo wereldomvattend en geheimzinnig en uiteindelijk god-loos. En het heeft – meer dan de Ontdekking – zeker een boodschap: waar zijn wij in 2043 als we doorgaan op deze weg? Moeten we dan de strijd met het kwaad niet nú aangaan?
Maar wat is het kwaad?
Met deze grote thema's houdt het boek zich absoluut bezig. Het laat ook zien – geïllustreerd door wat uitstapjes naar het verleden – dat het kwaad er altijd geweest is, dat niets menselijks het kwaad vreemd is. Heel soms wordt het bijna preachy, maar het grote geheel absorbeert dat wel.
Wat ronduit griezelig is – nu – is hoe Mitchell ebola een rol laat spelen in het verhaal. Terwijl het toch uitkwam voor deze laatste uitbraak zo uit de hand ging lopen.
Ik heb – de zegen van e-books – een heleboel passages genoteerd. Ik zit ze nu door te lezen, en google het een en ander. Zo is er bijvoorbeeld een griezelig klooster op de Sidelhorn Pas. Wat blijkt? De Sidelhorn staat precies op de Europese waterscheiding.
Het wintersportplaatsje Fontaine St. Agnès bestaat niet echt, maar Agnes (vaak afgebeeld met een lam omdat haar naam lijkt op het Latijnse Agnus – en Hugo Lamb is de hoofdpersoon van dit deel) is de beschermheilige van de jonge meisjes, iets wat hoofdpersoon Holly Sykes wel nodig heeft.
Rottnest Island – Rattennest genoemd door Hollandse ontdekkingsreizigers – bestaat weer wel echt, en het is een voorafschaduwing van de RatFlu, de ziekte die in het laatste deel zijn dodelijk werk doet. The Script loves foreshadow.
De schrijver, Crispin Hershey, heeft zichzelf het Script in geschreven, zo leren we, in een verhaal dat The Voorman Problem heet. Wat blijkt? Dat is een korte film, geschreven door David Mitchell. Het personage Elijah d'Arnoq komt ook voor in Mitchells Cloud Atlas.
Hershey's beroemdste boek heet Dessicated Embryos. Dat blijkt een werk van Satie. (En Martin Amis heeft een boek geschreven dat Dead Babies heet, zo vernam ik vandaag.)
En die Bone Clock? Het lichaam dat een tijdbijhoudmachine is? Wetenschappelijk bewezen. Ga er maar aanstaan.
En deze heerlijke verwarrende plot is ook nog eens op majestueuze wijze opgeschreven. Rijk aan beelden en originele vergelijkingen, de stem van iedere hoofdpersoon totaal verschillend, heel veel fraai verzonnen nieuwe woorden voor toekomstige ontwikkelingen en voor alles wat het geheime genootschap van Horology aangaat, kortom: ik ben er weg van. Vijf sterren.
Gaan we nu eens kijken wat de echte recensenten ervan vonden.
The NewYorker prijst zijn stijl en vertelkunst, maar vraagt zich af of er wel genoeg te vertellen vált. Mijn much-ado-about-nothing-twijfel dus. Mitchell has plenty to tell, but does he have much to say? De recensent vindt duidelijk van niet. Hij zegt: But these happenings, which occur over hundreds of pages, feel a bit empty, because they are not humanly significant. What occurs in the novel between people has meaning only in relation to what occurs in the novel between Anchorites and Horologists.
Maar daar gáát het toch juist om? De fantasy-strijd geeft toch prachtig symbolisch weer hoe de menselijke strijd eruit ziet? En de afloop van die strijd is toch de oorzaak van de gebeurtenissen in het laatste deel?
Ook de Daily Beast vindt het boek een verzameling lege snoeppapiertjes: heerlijk tijdens, maar teleurstellend daarna.
The Atlantic heeft niets dan lof. The Bone Clocks affords its readers the singular gift of reading—the wish to stay put and to be nowhere else but here. En dat is uiteindelijk de definitie van een goed boek.
Nu mijn recensie nog onder de pet houden tot de bespreking op de boekbloggersclub over twee weken!
(Dat was dus vandaag. Benieuwd naar de recensies van de anderen!)
• hier de bespreking op Boekhappen
• bespreking op Anna's Leesreis (let op: verklappertjes!)
• bespreking op Bettina Schrijft
• bespreking op lalagè leest
Jeetje je bespreking leest als het boek zelf! Hier spreekt duidelijk een zeer enthousiaste lezer én iemand die verstand heeft van schrijven. Gaaf van al die weetjes die je er uit gehaald hebt. Ons eindoordeel is gelijkluidend maar dat kon bijna niet anders toch?
dankje! En klopt. Iedereen was enthousiast, al vonden de meesten het fantasy-stuk minder geslaagd.
Zoals verwacht een hele mooie doorwrochte bespreking. Die van mij is zojuist ook verschenen. Zoals je weet, was ik het niet helemaal met je conclusies eens, maar dat maakte de live bespreking van gistermiddag alleen maar des te stimulerender!
Ja, ben ik met je eens. En ik denk dat het ook verschil maakt of je Mitchell als auteur beter kent.
Mooie bespreking, Hella, en wat heb je er een ongelofelijke hoop verwijzingen uitgehaald, ik had er wel een paar, maar zeker niet allemaal.
Mijn bespreking komt morgen en ik heb links naar jullie besprekingen erbij gezet.
Groetjes,
Pingback: Recensie: David Mitchell - Tijdmeters | Ranking the Books