Door de manier waarop Schrikkers honden geïsoleerd in het beeld staan, weten we dat dit geen makke huisdieren zijn, kindervrienden of symbolen van trouw, maar ruige straathonden. Ook de agressieve manier van schilderen maakt de beelden dreigend en verontrustend. De schilderijen zijn echte portretten: iedere hond heeft een eigen individualiteit.
De wilde, virtuoze verfbanen geven Schrikkers dierenportretten hun vitaliteit. De verf lijkt nog te bewegen op het doek, druipt nog na. Inzoomend op de verfhuid doemt een tweede beeld op, een landschap met hoge pieken. Deze bijna-abstractie is paradoxaal, want de materie verbeeldt iets: de innerlijke kracht van de dieren. De verf is in feite het hart dat in hun lijven klopt. Die spanning tussen beeld en medium, tussen vorm en materie, is kenmerkend voor Schrikkers werk.
Ik heb me verbaasd over bovenstaande tekst, een paar alinea's uit het educatieve commentaar bij de schilderijen van Simon Schrikker in het Drents Museum. Ik vond het werk niet mooi, maar kon me wel voorstellen hoe de maker ervan op zoek was geweest naar de expressie van dierlijke agressie door middel van verf op doek.
Maar dan de begeleidende tekst, groot op een doek aan de wand. "Kijker, dit moet u vinden. Mocht u er niets in zien, mocht u een pesthekel hebben aan grommende honden, dan leest u hier in sjieke kunsttaal hoe u zich als een insider kunt uitlaten over de Kunst in deze zaal. Hoe u met leeg en barokwollig taalgebruik uw eigen worsteling met dergelijke kunst kunt verbloemen."
Het gevaarlijke wordt gevaarloos, voor alle betrokkenen. Kijkers worden ontwapend, schilder wordt uitgelegd en daarmee ingekapseld, elke interactie wordt doodgeslagen. Wat zou het een stuk spannender zijn geweest als commentaar van argeloze bezoekers was geprojecteerd op de wanden.
Eigenlijk was dit hetzelfde als verklappen dat de jonge vader in Downton Abbey het loodje legde. Je hoefde niet eens meer te kijken.
Is het zinnetje "Show don't tell" hier niet van toepassing?
Ik heb aangeklikt, het lijkt mij overduidelijk wat je ziet.
oh yeah!
In het museum kom je vaak een groep tegen met een gids die gretig alle bijzondere aspecten over de te aanschouwen kunstwerken opdreunt, inclusief anecdotes en vermoedelijk verklapt ze ook de afloop. Kennelijk hebben de kijkers daar behoefte aan.
Het zou leuk zijn om de mening van de bezoeker te projecteren op de belendende muur maar dan wordt het een ander kunstwerk.
De interpretatie overlaten aan de kijker, een beroep doen op de verbeeldingskracht, het mooiste is als je kunt kiezen. Ronddolen met een koptelefoon op, je laten leiden door de gids of op eigen kracht de confrontatie aangaan, voor ieder wat wils.